header afbeelding

Volgens de richtlijnen moeten psychiatrische patiënten elk jaar lichamelijk worden onderzocht. Dat gebeurt nauwelijks, blijkt uit onderzoek.

Artsen houden niet goed in de gaten of mensen met ernstige psychiatrische problemen ook fysiek gezond zijn. Dat is belangrijk omdat mensen met bijvoorbeeld psychoses ook veel last hebben van lichamelijke aandoeningen, zoals hart- en vaatziekten, diabetes en overgewicht. Deze patiënten gaan gemiddeld vijftien tot twintig jaar eerder dood dan mensen zonder psychische aandoeningen.

Ze hebben daarom jaarlijks een lichamelijk onderzoek nodig, zo staat in de medische richtlijnen. Maar daar komt in de praktijk weinig van terecht, blijkt uit onderzoek van het UMC Utrecht, kenniscentrum Phrenos en instelling GGZ Centraal. Van 5037 patiënten – gemiddeld 48 jaar en 8,5 jaar in behandeling – hebben de onderzoekers de gegevens geanalyseerd. Bij slechts 381 patiënten (7 procent) is in de afgelopen twaalf maanden een volledige lichamelijke screening uitgevoerd.

Bloeddruk, suikerspiegel, cholesterol en buikomvang

Volgens de normen van de artsen zelf zouden in ieder geval de bloeddruk, de suikerspiegel, het cholesterol en de buikomvang jaarlijks in kaart worden gebracht, door of een specialistisch verpleegkundige of een psychiater. Cahn: “Meer dan eens worden alleen die patiënten gescreend die zichtbaar in gewicht zijn toegenomen. Terwijl antipsychotica bijvoorbeeld ook de suikerspiegel kunnen verstoren en de alvleesklier ontregelen.”

Lees hier het hele artikel in Trouw
telefoon icoon